Financiën GLB en NSP

Jaarlijks is er ongeveer € 800 miljoen Europees landbouwgeld beschikbaar voor Nederland. Dat geld wordt via twee fondsen beschikbaar gesteld. We kennen het garantiefonds (pijler 1, ook wel ELGF) en het plattelandsfonds (pijler 2, ook wel ELFPO). Het is voor het eerst dat er één plan gemaakt wordt voor beide fondsen, omdat de thema’s van de twee fondsen inhoudelijk op elkaar aansluiten.

Voor betalingen vanuit het plattelandsfonds geldt dat de EU-middelen gekoppeld moeten worden aan nationale cofinanciering. Het rijk, provincies, waterschappen en/of gemeenten kunnen deze cofinanciering op zich nemen. Tenslotte zorgt aanvullend nationaal geld voor meer snelheid in de transitie.

Vanuit de twee fondsen worden verschillende interventietypen ondersteund, deze ziet u terug in de tabel. De groenten & fruit schoolregelingen zijn niet in deze tabel opgenomen, deze worden vanuit een ander fonds van de Europese Commissie gefinancierd.
 

Inkomenssteun

Voor de basisinkomenssteun wordt in 2023 het aan Nederland toegekende bedrag voor pijler 1 verminderd met de afgesproken overheveling naar pijler 2 (15%), een deel voor jonge boeren (3%) en de reservering voor de eco-regeling (25%). Daarmee resteert in 2023 een bedrag van € 386 mln., exclusief herverdelende inkomenssteun (€ 61 mln.). De gemiddelde basisbetaling zal daarmee in 2023 € 255 per ha bedragen. Gedurende de looptijd van het NSP zal de overheveling naar pijler 2 worden verhoogd waarmee de basispremie af zal nemen. In 2027 is de gemiddelde basispremie ongeveer € 194 per hectare.

€ 152 mln. (25% in 2023) van pijler 1 is bestemd voor de eco-regeling: doelgerichte betalingen voor klimaat, bodemkwaliteit, biodiversiteit en milieukwaliteit. Dit bedrag is constant tot en met 2027. Door de verlaging van pijler 1 wordt relatief gezien het percentage voor de eco-regeling hoger.
 

Overheveling

Veel van de beschreven ambities in dit NSP doen een beroep op de interventies van pijler 2. Denk aan het ANLb, samenwerking in veenweide en overgangsgebieden Natura 2000, gebiedsgerichte aanpak voor water en investeringen, innoveren en kennis. Vandaar dat een overheveling gewenst is. Momenteel wordt in Nederland ongeveer 8% overgeheveld. Voor het nieuwe GLB geldt dat in het eerste jaar 15% wordt overgeheveld, dit loopt op naar 30% in 2027.

Een aantal onderdelen van het NSP kent een verplichte financiering. Dit geldt voor LEADER (minimaal 5% van het ELFPO-budget) en voor de verschillende maatregelen voor jonge boeren (minimaal budget € 21,5 mln.).

Monitoring

De veranderingen in het NSP zijn groot en er komt fors meer budget beschikbaar in de tweede pijler. Daarom hebben partijen afgesproken gezamenlijk de besteding van middelen, het doelbereik en het boereninkomen goed te monitoren en waar nodig bij te sturen. De midterm review in 2025 is daarbij een belangrijk moment.
 

Vergroot afbeelding Verdeling financieringsbronnen (Bedragen in miljoenen euro’s)
Beeld: ©LNV
Verdeling financieringsbronnen (Bedragen in miljoenen euro’s)

GLB Nationaal Strategisch Plan is een samenwerking van: